Bij katten wordt amyloïdose vooral gezien in de alvleesklier, de nieren, de lever en de darmen.
De afzetting van amyloïd in de alvleesklier vindt plaats in de zgn. eilandjes van Langerhans. Dit zijn de groepjes cellen die insuline produceren. Amyloïd afzetting in de alvleesklier wordt dan ook geassocieerd met het ontstaan van diabetes mellitus type II bij de kat.
Amyloïdose van de nieren bij katten zien we voornamelijk in het niermerg en minder in de schors van de nieren. In beginsel ziet men een relatief langdurig ziektebeeld gekenmerkt door vermagering, slechte vacht een groot urinevolume. Pas als ook de glomeruli (dit zijn de filter-units van de nieren, gelegen in de nierschors) bij het proces betrokken raken ontstaat ook een ophoping van gifstoffen in het bloed (uraemie).
De aantasting van de lever bij lever-amyloïdose kenmerkt zich door een steeds brosser worden van het leverweefsel, waardoor de lever uiteindelijk kan scheuren en er een snelle dood optreedt ten gevolge van een acute inwendige verbloeding. In de meeste gevallen zien we hieraan voorafgaand geen klinische symptomen, maar het is ook mogelijk dat er verschijnselen als ernstige vermagering en uitputting of geelzucht gezien worden.
Darmproblemen ten gevolge van amyloïdose zijn braken en diarree, soms met ernstige vermagering.
Categoriearchief: Erfelijke ziektes
PKD
PKD is de afkorting voor Polycystic Kidney Disease, het is een erfelijke aandoening.
Katten met PKD hebben in beide nieren meerdere cystes. Zowel het aantal cystes als de omvang van de cystes zal toenemen met het ouder worden van de kat. Deze cystes verdrukken het gezonde nierweefsel waardoor de nierfunctie minder zal worden. Uiteindelijk zal er chronisch nierfalen optreden.
Zolang de nieren nog voldoende functioneren zullen er geen klachten zijn. Zodra de nierfunctie achteruit gaat en meer dan 70% van het nierweefsel is aangetast zal de kat symptomen van nierfalen krijgen. Dit kan jaren duren.
De symptomen van nierfalen zijn
verminderde eetlust
vermageren
veel drinken en veel plassen
minder actief
bij buikpalpatie kunnen grote bobbelige nieren te voelen zijn
uitdroging, de huid blijft staan als je deze optilt
bleke slijmvliezen door bloedarmoede
braken
HCM
HCM staat voor Hypertrophic CardioMyopathy.
HCM is dus een afwijking van het hart, waarbij de hartwandspier gaat verdikken.
Hypertrophic CardioMyopathy is erfelijk. HCM wordt vererft als een polygene, autosomaal dominante eigenschap. Dit wil zeggen dat het voldoende is dat 1 van beide ouders de afwijking draagt om dit aan de kittens door te geven.
Het is mogelijk dat een kat metHypertrophic CardioMyopathy geen klinische verschijnselen vertoont. De kat kan ademhalingsproblemen hebben of ernstig hartfalen, verlamming in de achterpoten of plots overlijden. De meeste tekenen zijn onopvallend. Sommige katten vertonen een verhoogde hartslag, hartruis of een hartgalop (een extra hartgeluid door het terugvloeien van bloed in het hart) als de afwijking erger wordt.
Een echocardiogram door een gespecialiseerde dierenarts die de resultaten correct kan interpreteren is de beste manier om HCM te diagnoseren. De dierenarts dient ook te controleren of de afwijking het gevolg kan zijn van een andere ziekte.
Als het een raskat betreft is het zeer belangrijk dat de eigenaar van een kat met HCM de fokker op de hoogte stelt, zodat die maatregelen kan treffen.
Het verloop van HCM is moeilijk te voorspellen. De ziekte kan jaren sluimeren en dan plots toeslaan. Het verloop kan zeer snel gaan of kan in de loop der jaren langzaam verergeren.
Een kat met HCM kan een volledig normaal leven hebben of op jonge leeftijd overlijden.
Het is in ieder geval niet verantwoord te fokken met een kat die HCM heeft.
Aangeboren doofheid
Globaal kunnen we stellen dat ongeveer 1% van de witte katten met blauwe ogen, niet de oranje/koper of groenogige kat of de kat met een blauw en een oranje/koper kleurig oog, lijd aan een aangeboren erfelijke vorm van doofheid.
Deze doofheid is verbonden met niet-pigmentatie gebonden verantwoordelijke genen. De doofheid ontstaat doordat de bloedtoevoer naar het middenoor na zo’n 3 tot 4 weken afneemt. Het afnemen van de bloedtoevoer geeft verlies van sensorische haarcellen en leidt tot doofheid. Als een kat deze overdraagbare eigenschappen heeft, is het verstandig de kat niet in te zetten om mee te fokken.
Bij de Baertest wordt er onder elk oor en op de kop van de kat een dun naaldje met een elektrode bevestigd. In het te testen oor wordt een oordopje geplaatst. Via het oordopje wordt door klikgeluiden het trommelvlies in beweging gebracht. Via de elektroden wordt op een computerscherm de hersenactiviteit zichtbaar. Wanneer er scherpe pieken te zien zijn is de kat horend. De Baertest is niet pijnlijk voor de kat, maar meestal wordt er een roesje gegeven om verstoring van het beeld door beweging te voorkomen.
Welke soorten kunnen dit gen dragen?
Wit Exotic shorthair
Witte Turkse Angora
Witte Manx
Witte Pers
Witte Cornisch- en Devon Rex
Foreign White
Witte Britse korthaar
Witte Scottish Fold