Somali

Herkomst
somaliDe eerste Somali’s werden in de Verenigde Staten geboren en dit land heeft zich ook voornamelijk ingezet voor de erkenning van het ras. De Somali is eigenlijk per toeval ontstaan. Vanaf het begin van de serieuze Abessijnenfokkerij werden fokkers zo nu en dan onaangenaam verrast omdat ze in een nestje Abessijnen een of meer kittens ontdekten met een halflangharige vacht. Deze halflangharige kittens werden in eerste instantie bij dierenvrienden ondergebracht, maar in een later stadium kregen fokkers en liefhebbers meer interesse in deze mooie bijproducten van hun Abessijnen. Zij besloten verder te fokken met de halflangharige Abessijnen met de bedoeling er een nieuwe variëteit uit te laten ontstaan. Omstreeks het einde van de jaren ’60 werd het ras door verschillende kattenverenigingen erkend.

Karakter
Somali’s zijn extroverte en eigenzinnige katten. Ze hebben een sterk karakter en hebben veel contact met gezinsleden nodig, anders kwijnen ze weg. Somali’s staan bekend om hun intelligentie. Ook zijn ze speels en ondernemend, een flinke kattenkrabpaal en veel speelgoedjes zullen dus goed van pas komen.

Verzorging
De halflangharige vacht van de Somali is met een minimum aan onderhoud in goede conditie te houden. Door de vrij gladde structuur van de vacht zal deze weinig klitten vormen.

Uiterlijke kenmerken
Lichaam
Het lichaam van de Somali is stevig, lenig en gespierd, ze zijn middelmatig lang en van een oosters gematigd type. Het lichaam mag niet te groot of te grof zijn, en zeker niet gedrongen. De poten zijn naar verhouding slank, met een fijne beenderstructuur. De sierlijke voetjes zijn klein en ovaal. De staart is tamelijk lang, behaard en heeft een toelopende punt.

Kop
De kop is breed en gematigd wigvormig, de neusrug vertoont een lichte welving en de kin is zeer stevig. In het ideale geval vormen de kin en neus van opzij gezien een rechte, verticale lijn. De amandelvormige ogen zijn schuin in de kop geplaatst en hebben een levendige uitdrukking. De relatief grote oren zijn laag aangezet en hebben kleine oorpluimpjes op de oortopjes.

Vacht
De vacht van de Somali is halflang. Op de dijen, de staart, de onderkant van de buik en op de borst en rond de kraag is het haar duidelijker langer en voller dan op de rest van het lichaam.

Kleurschakering
De oorspronkelijke vachtkleur van de Somali is de wildkleur. In de loop van de tijd zijn er uit deze oorspronkelijke kleur verschillende andere aantrekkelijke vachtkleuren ontstaan, maar de aftekeningen op de vacht zijn gelijk gebleven. Zo zijn de achterkant van de achterpoten en de voetzolen, ongeacht de basiskleur van de vacht, altijd donkerder dan de rest van de vacht.
Alle Somali’s vertonen opvallende ticking in de vacht. Hierbij wordt op elke afzonderlijke haarpijl de basiskleur van de vacht afgewisseld door twee of drie donkerdere gepigmenteerde banden. De haarpunt moet altijd donker gepigmenteerd zijn. De ticking moet zo zuiver mogelijk zijn en strepen of vlekken in de vacht zijn dan ook ongewenst. Alle kleurvariëteiten mogen enig wit op de kin en snorhaar kussentjes vertonen, maar het wit mag absoluut niet te ver doorlopen. Bij Somali’s zonder zilverkleurige ondervacht is soms een grijzige ondertoon in de vacht te zien, waarvan de oorzaak gezocht moet worden in de grijze haarwortels.
De oogkleur is ongeacht de vachtkleur barnsteenkleurig, groen of geel, en liefst zo zuiver mogelijk.

Wildkleur
De wildkleur is de bekendste en meest voorkomende vachtkleur. De vacht heeft een warme, roodbruine basis met een zwarte ticking. De voetzolen en de achterkant van de achterpoten zijn bij wildkleurige Somali’s altijd zwart.

Sorrel
Sorrel is eveneens een bekende kleur. Hierbij is de basiskleur van de vacht evenals bij de wildkleur warm roodbruin, maar de ticking op de vacht, de voetzolen en de achterkant van de achterpoten is niet zwart, maar kaneelkleurig.

Blauw
Blauwe Somali’s hebben een basiskleur die lichtbeige is en de ticking, de voetzooltjes en de achterkant van de achterpoten zijn staalblauw. Dit is de verdunde versie van de wildkleur.

Fawn
Somali’s met een fawngekleurde vacht komen nog relatief weinig voor. De basiskleur van de vacht is lichtcrème met een donkercrème ticking. De achterkant van de achterpoten en voetzooltjes zijn warm donkercrème getint. Het fawn is de verdunning van de kleur sorrel.

Zilver
De zilver gekleurde Somali’s vormen een aparte groep. Ondanks het feit dat deze kleur al enkele decennia bestaat en erg mooi is, wordt deze door sommige kattenverenigingen niet erkend. Bij zilver is de ondervacht altijd helder zilverwit. De aftekeningen kunnen onder meer zwart-zilver, blauw-zilver, fawn-zilver of sorrel-zilver zijn.
Mooie zilverkleurige Abessijnen zijn moeilijk te fokken omdat ze soms ongewenste taankleurige vlekken in de vacht vertonen. Tevens is op een zilveren vacht een eventuele streeptekening duidelijker te zien dan bij andere kleuren. Een perfecte zilver-Somali is echter een prachtige verschijning.